De Spaanse 65-plussers mogen zich verheugen in een aanzienlijke toename van hun levensverwachting en gezonde levensjaren. Volgens de laatste gegevens van het Spaanse ministerie van Volksgezondheid in 2023 verwachten Spanjaarden bij hun geboorte een levensverwachting van 83,1 jaar te hebben, waarbij vrouwen gemiddeld 85,7 jaar en mannen 80,4 jaar oud worden.

Op 65-jarige leeftijd hebben Spanjaarden nog een verwachte levensduur van gemiddeld 21,1 jaar voor zich, 23 jaar bij vrouwen en 19,1 jaar bij mannen. Wat vooral opvalt, is dat Spanjaarden bij hun geboorte gemiddeld 79,4 jaar in goede gezondheid verwachten te leven, en 65-plussers zelfs gemiddeld 18,7 jaren in goede gezondheid tegemoet zien. Dat is ruim 10 jaar meer dan het Europese gemiddelde.

Deze positieve ontwikkelingen zijn toe te schrijven aan diverse factoren. Ten eerste is de sterfte door de meest voorkomende doodsoorzaken, zoals hart- en vaatziekten en kanker, sterk gedaald. Zo is de sterfte aan ischemische hartziekten tussen 2012 en 2022 gedaald van 76,7 naar 53,3 per 100.000 inwoners, en de sterfte aan beroertes van 64,2 naar 44,0 per 100.000 inwoners. Ook de sterfte aan kanker is in deze periode met 12,2% afgenomen.

Hoewel de gezondheid van 65-plussers op veel fronten verbeterd is, is er ook een schaduwzijde. Ruim een derde van de Spaanse bevolking kampt met een psychische aandoening, een percentage dat oploopt tot boven de 50% bij 85-plussers. Angststoornissen, slaapproblemen en depressie komen het vaakst voor. Vrouwen zijn vaker getroffen dan mannen, met name in de volwassen levensfase.

Een ander aandachtspunt is de toenemende druk op de eerstelijnszorg. Bijna 80% van de patiënten moet gemiddeld 9 dagen wachten op een afspraak bij de huisarts, een substantiële verslechtering vergeleken met de 5,8 dagen die men voor de pandemie moest wachten. Slechts een vijfde van de patiënten wordt dezelfde dag of de volgende dag geholpen. Bovendien wordt een groeiend aandeel van de consulten via videobellen afgehandeld.

De Spaanse ziekenhuizen dragen ook hun steentje bij aan de gezondheidszorg voor 65-plussers. Ruim 80% van alle ziekenhuisbedden in Spanje bevindt zich in de publieke ziekenhuizen, die jaarlijks zo’n 4 miljoen patiënten opnemen. Daarnaast verzorgen ze 87 miljoen poliklinische consulten en voeren ze 3,5 miljoen operaties uit, waarvan bijna de helft in dagbehandeling.

Ook de inzet van zorgprofessionals is van cruciaal belang. In totaal werken er 763.355 mensen in de Spaanse publieke gezondheidszorg, waarvan 51,6% artsen en verpleegkundigen. De verhouding artsen-verpleegkundigen ligt op 1,3, met 172.157 artsen en 221.406 verpleegkundigen. Deze aantallen zijn de afgelopen jaren substantieel gestegen, met name in de ziekenhuizen en de spoedeisende hulp.