Snelheid op secundaire wegen wordt verlaagd naar 90 km/u in Spanje

Let op: Dit bericht is meer dan zes maanden oud. Informatie hierin kan verouderd zijn.

MADRID – De Spaanse verkeersdienst DGT gaat op 2 januari 2019 de maximum snelheid op meer dan 7.000 km aan secundaire wegen verlagen van 100 km/u naar 90 km/u. Er is ook sprake geweest van een verlaging naar 80 km/u maar dat zal uiteindelijk dus 90 km/u gaan worden, een snelheid welke in diverse andere EU-lidstaten de norm is.

Aangezien meer dan de helft van alle verkeersongevallen plaatsvindt op de secundaire wegen (carreteras convencionales) wil men de maximum snelheid met 10 km/u gaan verminderen.

Voor personenwagens en motoren zal de snelheid in plaats van de huidige 100 km/u vanaf januari 90 km/u gaan worden terwijl bestelbussen, vrachtwagens en bussen niet harder mogen rijden dan 80 km/u.

Alleen op wegen waarbij een fysieke afscheiding is tussen de weghelften zal nog 100 km/u gereden mogen worden, tenzij anders aangegeven omdat het om een gevaarlijke weg gaat. Op alle andere wegen die bestaan uit een rijstrook zonder fysieke afscheiding tussen de weghelften zal de maximum snelheid dus verlaagd gaan worden.

Volgens de DGT gaat het om 7.000 km aan wegen die bekend staan als secundaire wegen wat nog geen 5% is van de totale 165.000 km aan wegen die in Spanje te vinden zijn. De DGT gaat er echter wel vanuit dat met het verlagen van de maximim snelheid op de secundaire wegen het aantal dodelijke verkeersongevallen met 10% zal afnemen.

Andere landen die op secundaire wegen een snelheidslimiet hebben van 100 km/u zijn Roemenië, Polen, Ierland, Duitsland en Oostenrijk. Landen als België, Kroatië, Griekenland, Italië en Portugal hebben een limiet van 90 km/u terwijl landen als Nederland, Frankrijk, Denemarken, Zweden, Noorwegen, Finland en Malta een maximum snelheid hebben van 80 km/u.