INTRO: Colyne en Laurens, een Vlaams koppel besmet met het reisvirus, namen afscheid van hun huis en job voor onbepaalde tijd. Samen met hun energieke, driejarige hond, Barry, ontdekken ze sinds een jaar het veelzijdige continent Europa. Campervan Grace, hun tijdelijke huis op wielen, brengt hen op bekende en minder bekende plekjes. Sinds vier maanden gaat hun route door het indrukwekkende Spanje. Benieuwd naar hun reisverhalen en uitdagingen? Reis dan hier met ze mee.
Ik kan noch bevestigen noch ontkennen of er veel volk stopt in het rustige dorpje waar we deze keer gestrand zijn. Busot, waar een inhaalbeweging van een halve eeuw zich opdringt om het heden bij te benen. De vraag is echter of dit wel nodig is. Oude dorpjes waar het leven nog lekker rustig met een slakkentempo zijn gangetje gaat. Niets verkeerds mee.
Een klein dorpsplein met te smalle straatjes voor een camper met de afmetingen van onze Grace, waar nauwelijks een enkele bakker en een slager te vinden zijn. Wie meer wil, moet wat verderop zijn in San Juan. Ook de grotten ‘Las cuevas de Canelobre’ liggen iets weg van het kleine dorp, aan de andere kant van de berg. Toch zijn we hier niet speciaal voor het dorp of de grotten, maar gewoon om er te voet een rondje te maken van vier en een half uur op de bergflank de ‘Cabezo d’or’ waar deze grotten toevallig gelegen zijn.
Nadien bleek het een heerlijke wandeling te zijn, maar toch merk ik dat we allebei best tevreden waren wanneer we de camper terug in het vizier hadden. Aan die laatste oplopende kilometers leek maar geen eind te komen.
Van Busot rijden we verder naar Biar, een plaatsje waar een burgemeester van camperaars lijkt te houden. In ieder geval heeft hij ervoor gezorgd dat het de rondtrekkende reiziger aan niets zal ontbreken. Een braakliggend stuk grond kreeg een nieuwe plaatsbestemming toegewezen en zo kunnen we hier terecht op één van de tien parkeervakken voor campers. Het ziet er picobello uit. Alles werd netjes overgoten met een forse laag vers grind, iets te genereus weliswaar, waarbij het gaspedaal even wat dieper moet worden ingedrukt om er doorheen te geraken. Elk parkeervak is voorzien van een kolompaaltje met aansluiting voor elektriciteit, een waterkraantje en hier en daar werd een lantaarnpaal neergeplant. Onze trouwe ‘camperapp’ heeft ervoor gezorgd dat we hier terecht zijn gekomen, want het moet gezegd, ook Biar is zo’n dorp waarover je anders nauwelijks iets leest, niet in een reisgids, niet op internet.
Bij aankomst pluggen we meteen de stekker in om de woonbatterijen opnieuw vol te kunnen laden. Om de watervoorraad bij te kunnen vullen, moeten we nog even langs bij het lokale politiekantoor. Na de registratie, neem je dat piepkleine sleuteltje in ontvangst om het slotje dat op het waterkraantje zit, te kunnen openen. We kunnen er straks weer tegenaan.
Na deze handelingen die ondertussen routine zijn geworden, kunnen we beginnen aan een verkenning. Nog voor we Biar binnenstappen, spring het indrukwekkend 12de-eeuws Moors kasteel in het oog met zijn intacte vestingsmuren. Mede daardoor lijkt het complete dorp de kleur te hebben van de omgeving. Bouwstenen gegraven uit de grond waarop ze later tot huizen gerezen zijn. Gele zandsteen. Mooi, maar tegelijk ook jammer. Want zandsteen is nu niet bepaald de hardste steensoort die er is. Wat we al zo vaak hebben ervaren, blijkt dat ook hier eeuwenoude gebouwen en historische monumenten aangevreten zijn door erosie. Beelden aan het portaal zijn nog maar een schim van hoe ze er ooit hebben uitgezien. Hun gezichten zijn al lang niet meer te herkennen, eerdere gelaatsuitdrukkingen zijn verdwenen, neuzen weggevreten. Alsof de tijd melaatsen van hen heeft gemaakt en enkel nog wat ruwe bolletjes heeft achtergelaten voor de volgende generaties die hen zou bewonderen. Zonde van deze teloorgang van toch wel een stukje patrimonium.
We stappen verder door straten met namen als ‘Carrer Jesus’ en ‘Carrer de esperanza’. Hier moeten we zijn, waar hoop nog te vinden is. Tussen de straatstenen opnieuw die schelp in reliëf waar ongetwijfeld vele pelgrims op weg naar Santiago de Compostela zijn voorbij gelopen. We zien houten deuren die blinken in de lak waar je je gezicht kan in spiegelen. Parkieten zouden er waarschijnlijk dol op zijn. We lopen een barretje voorbij. Buiten op het terras rijst de vraag of er nog wijn moet zijn. Lege wijnflessen op zijn kop vormen samen een originele kerstboom, de kerstpin werd vervangen door een drieliterfles grand cru. Een piepklein sigarettenwinkeltje met een enkele deur en een klein raampje. Authentieke charme. Het ziet er allemaal net even anders uit dan bij ons, maar het is hier in zulke dorpjes dat je adem even stokt.
Uiteraard wordt er op de rijk uitgeruste camperplaats van Biar geslapen als een roosje.
Toch worden we ‘s morgens voor het ochtendgloren nog even gewekt door wat behulpzame Spanjaarden die er voor zorgen dat de camperaars op hun vakantie zich niet zouden overslapen. Ze toeteren er bij het langsrijden op weg naar hun werk dan ook maar op los. Hoe attent van hen … 😄
Wie interesse heeft in meer foto’s of meer verhalen over onze reis door Europa, kan terecht op onze Polarsteps via onderstaande link.
‘Vlaams koppel op reis door Spanje’ vertelt het verhaal van Colyne en Laurens die samen met hun campervan Grace door Europa reizen. Volg hun avonturen in Spanje via onze SpanjeVerhalen, of lees hun reisverslagen op Polarsteps.