MADRID – Thuis werken of in het Spaans ‘teletrabajar’ was in Spanje (en de rest van de wereld) de norm tijdens de hoogtijdagen van de corona-pandemie. Maar nu er steeds meer mensen gevaccineerd zijn en dus beter beschermd zijn tegen het coronavirus, besluiten veel bedrijven dat de werknemers weer naar hun werkplek moeten komen. Het aantal thuiswerkers is in Spanje dan ook met de helft gedaald maar is nog steeds meer dan in de jaren voordat de corona-pandemie uitbrak.

Het aantal thuiswerkers is in Spanje met de helft gedaald van het maximale percentage van 15,28 procent naar 7,89 procent. Dat is dus een flinke daling maar dat percentage is nog steeds drie keer meer dan de 2,48 procent thuiswerkers in het pre-covid jaar 2019. Volgens cijfers van het Spaanse Bureau voor de Statistiek werkten in het tweede kwartaal van dit jaar (2021) 1,3 miljoen mensen van huis uit terwijl dat voor de corona-pandemie nog 413.700 thuiswerkers was.

Dat de Spaanse werknemers wel bereid zijn om thuis te werken blijkt uit een onderzoek van Adecco. Zes van de tien ondervraagden geeft aan zowel thuis te willen werken als op de werkplek, een hybride-model waarbij men het heeft over 40 procent thuiswerken en 60 procent op de vaste werkplek.

71 procent van de ondervraagden geeft aan al een ruimte ter beschikking te hebben in de eigen woning waar ze rustig kunnen werken. Uit het onderzoek blijkt ook dat 74 procent van de inwoners van Spanje en 63 procent wereldwijd meer dan 40 uur per week werkt. 58 procent in Spanje en 57 wereldwijd zegt dat ze hetzelfde werk echter ook in minder dan 40 uur zou kunnen doen. Tijdens het thuiswerken heeft 60 procent vrijheid van de indeling van de werkuren gehad en 80 procent daarvan zou dat graag in de toekomst weer hebben.