MADRID – Het aantal zogenaamde ‘ultra-rijken’ in Spanje is de afgelopen tien jaar meer dan verdubbeld van 352 in 2010 naar 724 in 2020. In Spanje wordt een ‘ultra-rijk’ iemand gezien als een persoon die een vermogen heeft van meer dan 30 miljoen euro. Overigens wordt er gekeken naar de zogenaamde ‘Impuesto de Patrimonio’ of vermogensbelasting wat te vergelijken is met de Nederlandse vermogensrendementsheffing.

De corona-pandemie heeft het aantal rijke inwoners laten toenemen in Spanje. Naast dat er dus meer mensen armer zijn geworden, zijn er ook duizenden die hun vermogen juist zagen stijgen. Volgens de Spaanse Belastingdienst waren er 147.125 inwoners met een vermogen tussen 300.000 en 1.501.00 euro, 58.612 inwoners hebben een vermogen tussen 1.502,00 en 6.010.000 euro en 7.471 inwones hebben een vermogen tussen 6.010.000 en 30.050.000 euro. Daarnaast zijn er 724 ultra-rijken met een vermogen van meer dan 30.050.000 euro, 23 meer dan het jaar daarvoor in 2019. 

Als gekeken wordt naar de cijfers per autonome regio, dan zijn van de 218.991 aangiftes van vermogensbelasting in 2020 de meeste geconcentreerd in vier regio’s: Catalonië met 82.465 dat eenzaam alleen bovenaan de lijst staat gevolgd door de Valencia regio met 23.892 aangiftes en dan de Madrid regio met 19.508 en Andalusië met 18.997 aangiftes. Daartegenover staat dat Extremadura maar 1.234 aangiftes heeft gevolgd door La Rioja met 2.454 en Cantabrië met 2.969 aangiftes van de ‘Impuesto de Patrimonio’.

De vermogensbelasting was per 1 januari 2008 afgeschaft maar na de economische crisis heeft de regering van José Luis Rodríguez Zapatero (PSOE) deze in 2011 aanvankelijk tijdelijk tot 2013 ingevoerd. Maar tijdens de jaren van Mariano Rajoy (PP) als premier en nu tijdens de regering van Pedro Sánchez (PSOE) is de ‘Impuesto de Patrimonio’ nog steeds actief en zelfs verlengd.