Spaanse avonturen in Fortuna/Murcia van Egbert en Barbara (86)

Spaanse avonturen in Fortuna/Murcia van Egbert en Barbara (86)
Beeld: Canva

Spaanse avonturen in Fortuna/Murcia van Egbert en Barbara (86)

Dit artikel is 3 jaar oud en kan dus niet meer actueel zijn.

Egbert en Barbara overwinteren elk jaar in Fortuna bij Murcia. Ze houden het thuisfront op de hoogte van hun reilen en zeilen met wekelijkse brieven, die wij elke zaterdag publiceren. Zo kunt u meegenieten van hun belevenissen, van de grappige en minder grappige dagelijkse voorvallen, Spaanse wetenswaardigheden, kortom alles wat elke overwinteraar tijdens zijn of haar verblijf in Spanje kán meemaken. Daarbij moet dat niet als een kritiek op de levenswijze in Spanje gezien worden maar wel een verslag over hoe het leven anders kan zijn voor de voor- en ook nadelen.

Wat gebeurt daar allemaal, beneden aan de weg? Vanmorgen vroeg kwam de vuilnisauto langs. Hij tilde de kliko op om hem leeg te kukelen, maar helaas bleef hij halverwege hangen, het motorgeluid verstomde, het mannetje dat verantwoordelijk is voor het legen van de bakken deinsde achteruit en nu staat de vuilnisauto daar midden op de weg, met de kliko bungelend tussen hemel en aarde. Af en toe valt er een stuk vuilnis uit, maar dat is dan jammer. De bestuurder stapt rustig uit, “alles onder controle!” Hij kijkt eens naar de bungelende bak, trekt een alwetend gezicht, maar dan verschijnen er toch een paar groeven in zijn voorhoofd: hij beseft dat het echt menens is!

Wat doen we d´r an? De chef de mission stapt weer in zijn cabine en drukt nogmaals op wat knoppen. Niets. Hij trekt ergens aan. Niets. Dan weet hij raad. Hij pakt vastberaden zijn telefoon en hierboven, zeg maar een 400 mtr verderop, kan ik zijn gesnater horen. Hij rebbelt aan één stuk door terwijl zijn maatje handenwringend achter de auto staat te overpeinzen of dit ooit nog goed komt.

Een stief kwartiertje later komt er een bestelauto aanrijden, er stappen vier man uit. Ze zijn druistig, zien met één oogopslag dat de vuilnisauto kapot is. Met z´n zessen voeren ze uitgebreid werkoverleg. Wat doen we hieraan. Vijf man blijven waar ze zijn, één stapt in de auto. Hij kijkt en denkt en vijf minuten later gaat de motorkap open. Daar duiken vijf koppen in, luidkeels allemaal door elkaar pratend. Maar wat ze ook doen, er gebeurt niets.

Dan wordt de hele bestuurderscabine een halve slag naar voren gedraaid, die bungelt dus nu aan de voorkant, net als de kliko aan de achterkant, tussen hemel en aarde. Ze prutsen wat onder de cabine, maar dan ontdekken ze dat ze een gereedschapje niet bij zich hebben. Twee van de zes springen in de auto en weg zijn ze. Maar Spanjaarden zijn snelle jongens, een kwartier later zijn ze er weer, nu mét het gereedschapje en dan kan het echte werk beginnen.

In de tussentijd rijden er allemaal auto´s voorbij. We kunnen hierboven precies zien wat Spaanse auto´s zijn en wat buitenlandse. De Spaanse auto´s stoppen, sommige chauffeurs stappen zelfs uit om zich ermee te bemoeien, zich niets aantrekkend van achterop rijdend verkeer dat maar even moet wachten. De buitenlandse auto´s rijden gewoon door, tenminste… als de Spaanse zijn uitgekletst en zij er langs kunnen. Niemand moppert, integendeel. Er gaat een plastic zak rond, ik kan het niet precies zien, maar denk dat er broodjes in zitten, alle handen worden bedrijvig met het verwerken van dit lekkers, terwijl de vuilnisauto geduldig midden op de weg staat te wachten op zijn reparatiebeurt.

We zijn inmiddels twee uur verder, ik ben maar even iets nuttigs gaan doen, maar aan de weg beneden is het nog steeds feest. Zes man, meer dan twee uur aan het prutsen en nog steeds is er geen beweging in te krijgen. Wél is er nóg een autootje bij gekomen, weer vier man, ja, ja, het jongt aan, wie weet lukt het hén. Voorlopig zie ik nu negen man handenwringend rond de vuilnisauto lopen, er kronkelt er één op zijn rug onder de auto met zijn armen omhoog. Hij is ergens mee bezig. De cabine staat nog steeds met zijn nek richting hemel en de kliko is inmiddels het meeste van zijn inhoud al kwijtgeraakt, die ligt op de weg.

Als ik weer een half uurtje later ga kijken hoe het de jongens vergaat zie ik ze net inpakken en wegwezen. Ze zwaaien uitbundig naar elkaar, de zwaailichten gaan weer aan, het heerlijke geronk van een vuilnisautomotor klinkt weer tegen de berg aan, de chef zit weer op zijn troon en de kliko-baas staat achterop zijn stepje. Heerlijk, we kunnen weer verder.

Ga naar de inhoud