Je kunt pas echt relaxen op vakantie in Spanje met dit aantal vakantiedagen

Je kunt pas echt relaxen op vakantie in Spanje met dit aantal vakantiedagen
Beeld: Canva

Je kunt pas echt relaxen op vakantie in Spanje met dit aantal vakantiedagen

Dit artikel is 10 maanden oud en kan dus niet meer actueel zijn.

Het is vakantietijd en dus wordt het relaxen, of niet, afhankelijk van het type vakantie, bestemming en meer nog de persoon zelf. Uit een onderzoek moet blijken hoeveel tijd werknemers uit Nederland, België en Spanje nodig hebben om echt tot rust te komen. Daarom kijken we naar hoeveel vakantiedagen iemand (gemiddeld) nodig heeft om de batterijen volledig op te laden.

De meerderheid van de deelnemers aan een onderzoek van SD Worx waarbij meer dan 10.000 werknemers in meerdere landen werden ondervraagd, geeft aan liever een lange dan een korte vakantie te hebben om volledig tot rust te komen. Gemiddeld hebben werknemers 17,3 vakantiedagen nodig om de batterij volledig op te laden maar per land zijn er grote verschillen.

Terwijl de Britten ‘slechts’ 8,5 dagen nodig hebben om helemaal tot rust te komen, is dat 11 dagen bij de Italianen en 12,9 dagen bij de Fransen. Nederlanders hebben volgens dit onderzoek gemiddeld 14,1 dagen nodig om te relaxen terwijl dit bij de Belgen 15,6 dagen is en bij de Spanjaarden maar liefst 27,1 dagen. Dat lijkt veel maar de Finnen kunnen er nog een schepje bovenop doen en hebben maar liefst 34,1 dagen nodig om tot rust te komen, meer dan één maand dus.

Gekeken naar vaste vakantieperiodes blijkt dat 42% van de Belgen een jaarlijkse vaste vakantieperiode opneemt, dat is 45% bij de Nederlanders en 39% bij de Spanjaarden. Een jaarlijks terugkerend vakantiepatroon is vooral terug te vinden bij getrouwde en samenwonende werknemers. Bij singles heeft slechts 1 op de 3 een vaste vakantieperiode. 

Opvallend is dat nog eens 40% van de Belgische werknemers bereid is om onbetaald verlof op te nemen wanneer de vakantiedagen op zijn. In Europa is gemiddeld 37% van de werknemers hiertoe bereid. Vooral bij Zweedse (44%), Engelse (43%) en Finse (42%) werknemers zien we dit terugkomen. Voor Spaanse werknemers is die keuze het minst van toepassing (27%).

Ga naar de inhoud