MADRID – Het zal veel inwoners van Spanje al opgevallen zijn dat boodschappen doen in de supermarkt lang niet meer zo aantrekkelijk is dan in andere landen zoals Nederland en België. De voedselprijzen zijn in oktober opnieuw flink gestegen waardoor veel producten ook duurder zijn geworden en historische hoogten hebben bereikt.

Volgens de recent gepubliceerde cijfers van het Spaanse statistiekbureau INE gingen de levensmiddelenprijzen gemiddeld met 15,4 procent omhoog in vergelijking met een jaar geleden. Dat is de sterkste prijstoename sinds het begin van de metingen in 1994. Een van de redenen voor deze flinke stijging is de oorlog in Oekraïne, maar ook droogte en hittegolven hebben de oogst in Spanje verminderd.

De algehele prijsstijging in Spanje was in oktober 7,3 procent, wat lager is dan de inflatie van 8,9 procent een maand eerder in september. Die daling was te danken aan onder andere lagere energiekosten. De prijsstijging bij voedsel en niet-alcoholische dranken is echter met 1 procent gestegen naar 15,4 procent vergeleken met het jaar daarvoor. 

Het INE heeft een selectie gemaakt van basisvoedingsmiddelen van een gemiddeld Spaans gezin waaruit blijkt dat er grote stijgingen zijn. De prijs van suiker is met 42,8 procent gestegen terwijl de prijs voor meel en andere granen met 37,8 procent omhoog ging. Peulvruchten en groente werden 25,7 procent duurder terwijl volle melk 25,6 procent in prijs steeg.

De prijs voor eieren steeg met 25,5 procent, aardappelen stegen met 19 procent, gevolgd door kaas met 18,7, kippenvlees met 18,3, rijst met 16, olijfolie met 15,7 en brood en rundvlees, beiden met 14,9 procent. Pizzas werden 14 procent duurder terwijl de prijs voor zout en kruiden met 13,1 procent stegen, gevolgd door fruit dat 12,8 procent duurder werd.