Een recent vonnis van het Gerechtshof van Cáceres in Extremadura heeft een conflict tussen eigenaren beslecht vanwege het geluid dat een airconditioning veroorzaakte. De uitspraak benadrukt dat geluid een inbreuk kan zijn op het fundamentele recht op privacy, zelfs als het apparaat zich binnen het eigendom van de gedaagde bevindt.
In dit geval was de buitenunit van de airconditioning geplaatst in een privé-binnenplaats. De aangrenzende buren klaagden over aanzienlijke overlast, ondanks dat de tijden waarop de airconditioning mocht worden gebruikt door de vereniging van huiseigenaren waren vastgesteld. De huurder van de woning met airconditioning had deze huisregels tijden niet gerespecteerd, waarop de vereniging van huiseigenaren juridische stappen ondernam.
De rechtbank verwierp de vordering van de vereniging van huiseigenaren, omdat er geen bewijs was dat de toegestane geluidsniveaus waren overschreden. Het Gerechtshof besloot de uitspraak van de rechtbank echter te vernietigen. Het Gerechtshof oordeelde dat de ernstige overlast die de buren hadden, belangrijker was dan het feit dat de airconditioning zich binnen het eigendom van de gedaagde bevond.
Het Gerechtshof benadrukte het belang van overeenkomsten van de vereniging van huiseigenaren. Deze had in dit geval vastgesteld dat de airconditioning niet ’s nachts mocht worden gebruikt. Het Gerechtshof oordeelde dat deze afspraak bindend was voor de huurder van de woning met airconditioning.
Het Gerechtshof veroordeelde de verhuurder en de huurder van de woning tot het verplaatsen van de buitenunit van de airconditioning. De uitspraak benadrukt dat het eigendomsrecht niet absoluut is wanneer het in conflict komt met het recht op rust van anderen.