In Granada zijn ze apetrots op haar. María Dueñas, dochter van een leerkracht en een Guardia Civil agent, groeide op en schoolde zich in viool in Dresden en Wenen. Ze zag de halve wereld op het podium en verbaasde haar vroegtijdige rijpheid op het instrument. In april is ze te zien in Oviedo, Valencia en Alicante. Het verhaal van een wonderkind. 

Voor María Dueñas is een viool niet zomaar een instrument. Het is haar delicaat en natuurlijk kompas. Ze neemt het niet met kracht vast, maar lijkt de viool bijna te strelen, alsof vrouw en viool deel zijn van een zachtaardig, mysterieus geheel. “Dit is mijn trouwe reisgenoot sinds acht jaar”, vertelt ze over haar viool. “We kennen elkaar goed. Ook al was het geen liefde op het eerste gezicht, zou het me veel moeite kosten om me van het instrument te scheiden”. 

De jonge María heeft met haar 21 jaar al geschiedenis geschreven. Wereldwijd wordt ze geprezen om haar viool kunsten. Ze streeft ernaar om zich fysiek en spiritueel met de muziek te verenigen. De komende jaren is haar agenda al overvol. Er is nauwelijks tijd om te rusten tussen de vijf continenten. 

In april speelt ze in Spanje onder toeziend oog van dirigent Paavo Järvi. In mei wordt ze verwacht voor een tournee met Gustavo Dudamel en het filharmonisch orkest van Los Angeles. Die bekende Venezolaanse dirigent is helemaal van María weg. “Wanneer ik het over María heb, spreek ik niet over een toekomstige eersteklas violiste. Voor mij is ze dat al”. 

Naast haar violen, reist gewoonlijk ook vader Santiago of moeder María mee. Het gezin met drie dochters woont ondertussen in Wenen. Ook haar kleine zus Julia speelt viool, en haar tweede zus Daniela dan weer cello. 

“Wie in wedergeboorte gelooft, zou zeggen dat ze viool leerde spelen in een vroeger leven”, zegt de Spaanse dirigent Josep Pons. “Als ze vandaag al zo speelt, met die intuïtieve volwassenheid … wat zullen we dan binnen 10 jaar van haar zien?”