Gran Canaria, Mazarrón (Murcia) of Ciudad Real … zijn enkele van de plaatsen die de afgelopen dagen in het nieuws zijn geweest vanwege sterfgevallen door hittegolf. Ze komen in de krantenkoppen, omdat het om jonge mensen met een goede gezondheid ging. Maar buiten deze gevallen om, doodt de hitte veel andere mensen en het grootste effect is te zien bij ouderen. Dit jaar wordt geschat dat er al 3.705 mensen zijn overleden door extreme temperaturen, zowel hoog als laag, waarvan 95% ouderen met 3.571 mensen.

Als alleen gekeken wordt naar de extreme hitte, zouden er sinds 1 juni van dit jaar 1.919 mensen zijn overleden aan deze oorzaak, waarvan 1.814 65-plussers, volgens de gegevens van het rapport van het systeem voor het monitoren van de dagelijkse sterfte (MoMo) van het Carlos III-instituut voor volksgezondheid. Dit aantal overtreft al de gegevens van alle jaren vóór de pandemie.

De gegevens laten het maximum zien op 12 augustus, met 79 sterfgevallen; de laatste beschikbare data is van 22 augustus, toen het aantal sterfgevallen toegeschreven aan hitte 68 was. Het is belangrijk op te merken dat deze gegevens met enige vertraging worden verstrekt en voortdurend worden bijgewerkt.

Normaal gesproken zijn deze sterfgevallen geassocieerd met ‘comorbiditeit’, de combinatie van ziekten die door de hitte worden verstoord. Daarom dringen experts aan op meer ambitie in de plannen om de effecten van extreme hitte te verminderen. Want de klimaatverandering tekent al elk jaar extremere zomers.

Er is een punt vanaf waar de sterfelijkheid-curve omhoog schiet: vanaf 26,9 graden. De gemiddelde temperatuur deze zomer was 24,5 graden, hoewel dat in augustus tot nu toe 26,2 graden is en in juli 25,3 graden was.