MADRID – De Spaanse premier Pedro Sánchez vertrekt vrijdag 29 Juli op een 4 dagen durende rondreis door het Oosten van Europa. In totaal wil hij vier landen bezoeken, en verdedigt hij hun integratie in de Europese Unie. In Polen zal Sánchez eerst ook een Spaans–Pools samenwerkingsverdrag tekenen.

Na het uitbreken van de oorlog in Oekraïne keken de andere Oost-Europese landen toe hoe zowel Oekraïne zelf als Moldavië een grote stap voorwaarts namen in hun integratie in de Europese Unie. Pedro Sánchez zoekt nu steun in het Oosten door ook de andere Oosterse landen de belofte van steun tot toetreden te bieden.

Eerst trekt de Spaanse Premier naar Warschau voor een Spaans-Poolse top die normaal gezien in April al had moeten plaatsvinden. Via de ontmoeting wil Spanje ook duidelijk maken dat het aanwezig is aan de Oostflank van de EU. 

Na Polen trekt de Spaanse premier naar Servië, Noord Macedonië, Montenegro, Albanië en Bosnië-Herzegovina. Tijdens het tweede semester van 2023 zal het wisselend presidentschap van de Europese raad in Spaanse handen zijn. Via dit bezoek wil Spanje duidelijk maken dat het de Oosterse landen in die periode zal steunen in hun toetredingsproces. Hij wil er hen op wijzen vaart te maken met de hervormingen die nodig zijn voor dat proces.

Voorlopig zijn Servië en Montenegro het dichts bij die integratie. Albanië en Noord Macedonië hebben al de status van kandidaten, terwijl Bosnië-Herzegovina achterop hinkt. Wel lijkt het alsof het Sánchez  grotendeels om de publiciteit en de symboliek te doen is. Na de laatste stop in Tirana op maandag vliegt hij onmiddellijk terug naar Madrid, en daags nadien staat zijn jaarlijkse ontmoeting met koning Felipe in Mallorca op het programma.