Waarom ze in Spanje al lang voor Halloween pompoenen versierden

Waarom ze in Spanje al lang voor Halloween pompoenen versierden
Beeld: via canva.com

Waarom ze in Spanje al lang voor Halloween pompoenen versierden

Dit artikel is 6 maanden oud en kan dus niet meer actueel zijn.

De Amerikaanse traditie van Halloween op 31 oktober verovert de wereld. Steeds meer mensen griezelen mee, gaan kinderen van deur tot deur voor snoepjes en versieren we pompoenen zoals ze dat in de VS doen. In Aragón bestond de traditie echter al in een andere vorm lang voordat het feest Halloween ging heten.

Halloween kwam jaren geleden overwaaien uit de Verenigde Staten. Hollywood zorgt er met series en films voor dat het beeld levendig is, en jong en oud nemen in heel Europa de traditie over. Wat veel mensen niet weten is dat rond die datum in Spanje altijd al gelijkaardige tradities bestonden. 

In Aragón versierde men generaties terug al pompoenen met een lachende mond en een kaarsje aan de binnenkant. Miguel Salina, een tachtigjarige inwoner van Belchite (Zaragoza) vertelt; “Ik herinner me hoe mijn oudste zus mij en mijn broertjes pompoenen deed uithollen rond Allerheiligen. Het waren niet de ronde, oranje pompoenen die je nu ziet, maar de pompoenen die altijd al in Aragón zelf werden gekweekt. Die zijn groener en langer van vorm.”

De pompoenen werden uitgehold, kregen ogen en een mond en werden op de nacht van 1 november met een kaarsje in de vensteropening gezet. Van buiten leek je net een eng gezicht te zien. En dat gebeurde niet alleen in Belchite. De traditie gaat eeuwen terug en vindt haar oorsprong in de Keltische cultuur. Die cultuur kwam Spanje al binnen in de tiende eeuw voor Christus.

Voor de Kelten was 1 november het begin van het nieuwe jaar. Hun cultus voor de doden en de vieringen daar rond werden eeuwenlang verspreid en levend gehouden. De katholieke Kerk nam daarom in de 15e eeuw het feest op in haar kalender.

De traditie waaide daarna over naar Amerika via de Ierse immigranten. Zo ontstond het moderne Halloween dat daarna via de populaire cultuur weer in Europa terechtkwam. En onderweg ging de essentie van de viering verloren.

Men geloofde vroeger namelijk dat op de nacht van 1 november de zielen die niet op hun bestemming aankwamen het kerkhof verlieten en vrij over de straten dwaalden. De pompoenen in de vensters moesten die zielen afschrikken en ver van de huizen houden, zodat ze uiteindelijk terug op het kerkhof zouden belanden. Ook werd de hele nacht de klokken geluiden om de geesten weg te jagen. Mensen gingen samen rond het vuur zitten. Ze vertelden er verhalen over de doden en aten seizoensgebonden vruchten als noten, kweepeer of kastanjes.

Ga naar de inhoud